Agenda

 Carmelveste opgraving

Beste leden, wij nodigen u uit voor een bijzondere lezing met de titel:

                            ARCHEOLOGIE IN HET LAND VAN CUIJK

De lezing vindt plaats op WOENSDAG 17 SEPTEMBER OM 20.00 UUR IN DE NEPOMUKKAPEL

Johan van Kampen, gemeentelijk archeoloog in het Land van Cuijk, neemt u mee in de wereld van opgravingen en verborgen verhalen uit de regio. Hij bespreekt de landschappelijke geschiedenis en diverse archeologische onderzoeken uit de afgelopen 25 jaar. Hij zal uitleggen wat het Land van Cuijk zo bijzonder maakt op archeologisch gebied. 

De lezing begint met een korte introductie over archeologie in het algemeen, gevolgd door een focus op het Land van Cuijk. Ook wordt vooruitgeblikt op toekomstige onderzoeken, waaronder die op het voormalige Nutriciaterrein

Actueel zijn de opgravingen die nu plaatsvinden op het oude Nutriciaterrein in Cuijk waar een groot burgerlijk grafveld uit de Romeinse Tijd wacht op een uitgebreid archeologisch  onderzoek. In september zullen er enkele open dagen georganiseerd worden waarbij u in de gelegenheid wordt gesteld de opgravingen te bezoeken en een kijkje te nepen in de vondsten.

Tijdens de lezing zullen ook enkele opgravingen in Boxmeer behandeld worden waaronder de enorme opgraving Sterckwijck maar ook de recente opgravingen in het centrum van Boxmeer.

Tot ziens op woensdag 17 september aanvang 20.00 uur in de Nepomukkapel.

TER INFO:

Johan van Kampen, de gemeentelijke archeoloog.

Zijn werk is niet alleen van wetenschappelijk belang, maar ook van grote waarde voor de gemeenschap. Johan is de persoon die ervoor zorgt dat de verhalen van vroegere generaties niet verloren gaan, maar juist opnieuw tot leven komen.

De taak van een gemeentelijke archeoloog

Als gemeentelijke archeoloog doet hij onderzoek naar de plaatsen voordat er gebouwd wordt. Hij bekijkt of er mogelijk archeologische resten aanwezig zijn, zoals oude fundamenten, grafvelden of gebruiksvoorwerpen. Zijn werk begint vaak met onderzoek, naar sporen van menselijke activiteit uit het verleden waarbij ook vaak de kennis van amateurarcheologen geraadpleegd wordt. Wanneer er een archeologisch onderzoek moet plaatsvinden, regelt  hij dit zorgvuldig en zorgt hij ervoor dat een archeologisch opgravingsbedrijf ingeschakeld wordt.

Kennis delen met de gemeenschap

Wat Johan bijzonder maakt, is zijn vermogen om archeologie toegankelijk te maken voor iedereen. Hij geeft lezingen, organiseert tentoonstellingen en betrekt scholen bij zijn werk. Kinderen mogen soms zelfs meehelpen bij opgravingen, waardoor ze spelenderwijs leren over de geschiedenis van hun eigen omgeving. Johan gelooft dat archeologie niet alleen in boeken thuishoort, maar ook in het dagelijks leven van mensen.

Bescherming van erfgoed

Johan zet zich actief in voor het behoud van archeologisch erfgoed. Hij werkt samen met gemeenten, projectontwikkelaars en historici om ervoor te zorgen dat belangrijke vondsten niet verloren gaan bij nieuwbouw of infrastructuurprojecten. Soms moet hij strijden voor het behoud van een locatie, en dat doet hij met overtuiging. Voor Johan is het verleden geen obstakel voor vooruitgang, maar een fundament waarop we bouwen.

Verbinding tussen verleden en heden

Wat Johan van Kampen doet, gaat verder dan het laten opgraven van oude voorwerpen. Hij verbindt mensen met hun geschiedenis. Door zijn werk leren inwoners van het Land van Cuijk dat hun regio al duizenden jaren bewoond is, en dat elke steen en scherf een verhaal vertelt. Johan laat zien dat het verleden niet dood is, maar leeft in de bodem onder onze voeten.

Slot

Johan van Kampen is meer dan een archeoloog; hij is een verhalenverteller, een beschermer van erfgoed en een brug tussen generaties. Dankzij zijn inzet blijft het Land van Cuijk niet alleen een mooie plek om te wonen, maar ook een plek waar het verleden gekoesterd wordt. Zijn werk herinnert ons eraan dat geschiedenis niet iets is wat achter ons ligt, maar iets wat ons vormt—elke dag opnieuw.

Zijn lijfspreuk is dan ook:

“Als we het verleden niet kennen, begrijpen we het heden niet en dan bouwen we blind aan de toekomst.”